Basisinkomen om depressies te voorkomen en ideologieën te overbruggen

Basisinkomen is een voorbeeld van een nieuwe vorm van collectiviteit als tegenwicht voor het dominante ultraliberalisme, dat een belangrijke oorzaak is van het ontstaan van veel depressiesMaar dat past niet bij veel van de heersende ideologieën.

Depressies zijn een steeds vaker voor komend verschijnsel.
Volgens sommigen komt dat door een fysiek probleem in de hersenen, maar anderen denken dat het in hoge mate een cultuurverschijnsel is.

Nina Polak schreef hierover in de  Correspondent: Depressie is een ziekte van de hele maatschappij.

Zij noteert dat volgens filosoof en psycholoog Bert van den Bergh het belangrijkste kenmerk een gevoel van isolement is. Er is volgens hem een nieuwe taal nodig om daarover te praten en denken.
Voor Dehue is depressie de keerzijde van hedendaagse deugden als zelfverwerkelijking en de plicht het lot in eigen handen te nemen. Verhaeghe brengt het in verband met het maakbaarheidsideaal. De Britse Johann Hari noemt depressie een kwestie van verbroken sociale verbindingen.
Van den Bergh legt verder uit dat het te maken heeft met wat we tegenwoordig zien als het ‘goede leven’, in feite een set etiketten en gedragsnormen die voorschrijven hoe je een succesvol mens moet zijn. De druk van die eisen voelt bijna iedereen – ze maken ons rijp voor depressie.
Wat dat ‘goede leven’ namelijk in ons opwekt laat zich in één woord samenvatten als isolisme – een giftig mengsel van egoïsme en hedonisme.

Wie zich er meer in verdiepen moet zeker het hele artikel van Nina polak lezen.

Daarin staan ook de volgende passages:

De Duitse socioloog Hartmut Rosa, wiens werk van groot belang is voor Van den Bergh, hoopt bijvoorbeeld dat het basisinkomen kan helpen bij het omzetten van de existentiële grondmodus van onze cultuur, van onderlinge strijd naar solidariteit, zodat de diepe angst voor de sociale dood verdwijnt.

Van den Bergh: ’Zulk optimisme hoor ik ook in de verhalen van collega’s als Dehue, Verhaeghe en Johann Hari. Hoewel er geen simpele oplossing bestaat, wijzen ze allemaal in de richting van nieuwe vormen van collectiviteit als tegenwicht voor het dominante ultraliberalisme.’ Zo noemt hij het werk van de Vlaamse historica Tine De Moor, die spreekt van een ‘derde collectieven-revolutie’.

In een eerder artikel op de website van de VBi is beschreven welke gunstige effecten basisinkomen op welzijn en gezondheid zou kunnen hebben. Zie met name punt 1 in over bestaanszekerheid in Argumenten voor basisinkomen vanuit de optiek van welzijn en gezondheid.

Het verhaal van Nina Polak geeft daar wat extra inkleuring aan.

Maar het natuurlijk wel een tamelijk eenzijdige (zij het originele) kijk op een lastig verschijnsel.
Depressie is een soort verzamelbegrip geworden waar uiteenlopende verschijnselen onder vallen.
Burn-outs vallen er tegenwoordig ook onder, in het verleden werd dat niet zo gezien.
Overspannenheid zoals we het toen noemden werd gezien als een tijdelijk fenomeen dat ontstaat in de werk- of leefomgeving.
Door die omgeving te verbeteren kun je het bestrijden.
Als dat niet gebeurt loop je wel het risico uiteindelijk in een stevige depressie te belanden.

In de psychiatrie wordt in grote lijnen een onderscheid gemaakt tussen twee soorten depressies.

  1. Depressies als gevolg van persoonlijk leed (zoals het overlijden van een dierbare, of een ontslag na jarenlange dienst).
    Dat is een tijdelijk fenomeen waar je overheen groeit.
  2. Endogene depressies die met je persoonlijkheid te maken hebben, die gedurende je hele leven kunnen opduiken, en die lastig te bestrijden zijn.
    Lees maar eens het boek van psychiater P.C. Kuiper, getiteld ‘Ver heen’, waarin hij beschrijft hoe hij zelf in een zware depressie terechtkwam.

 

Basisinkomen heeft ongetwijfeld een positief effect op het voorkomen van eerder genoemde burn-outs in ruime zin , maar niet of minder op de twee soorten depressies die ik hier kort heb omschreven.

Basisinkomen heeft zeker veel te maken met de maatschappelijke waarden die je aanhangt.
Een neoliberaal gruwt ervan omdat het creëren van economische waarden in een vrije markt de belangrijkste maatschappelijke waarde is en daar staat een onvoorwaardelijke uitkering haaks op.
Een socialist gruwt ervan omdat werken de kern is van het waardensysteem van socialisten: de heilstaat komt alleen tot stand als iedereen werkt en daar staat een onvoorwaardelijke uitkering haaks op.
Basisinkomen vraagt om een ideologie die uitgaat van het scheppen van voldoende welzijn voor iedereen. Je ziet een dergelijke ideologie bij de Partij voor de Dieren.

Maar ons inziens sprake is sprake van louter beeldvorming over basisinkomen, maar juist die beeldvorming botst met de ideologie van de meeste politieke partijen.
Als je rationeel kijkt naar de werking van basisinkomen zul je zien dat de waarden van zowel liberale als socialistische partijen ermee kunnen worden gediend.
De arbeidsmarkt zal met een basisinkomen veel beter werken, wat zowel goed is voor de arbeidsparticipatie (per saldo) als voor de economie.
En ook ideologieën die het welzijn voorop stellen worden ermee gediend.  Helaas vinden andere ideologieën dat verdacht.
Wat ons betreft moeten we af van eenzijdige ideologieën met hun verkeerde mensbeelden.
Basisinkomen is een instrument waarbij die tegenstrijdige ideologieën kunnen worden verbonden op een hoger niveau.

Reyer Brons, Peter van Hoesel, mei 2019