Jan Atze Nicolai en Brigitta Scheepsma (bestuurslid en basisgroeplid Fryslan van onze vereniging) zijn in september op bezoek geweest bij Give Directly, het basisinkomenproject in Kenia. Een intense en indrukwekkende ervaring. Ze bezochten de dorpen Bamba in het district Kilifi en Magawa bij het Victoriameer, alsmede het hoofdkantoor van Give Directly in de hoofdstad Nairobi. Het eerste deel van het verslag vind je hier.
Het ‘basisinkomen’ is inmiddels in de noodhulp en ontwikkelingswerk niet onbekend meer. Naast het uitdelen van traditionele noodhulppakketten worden er steeds vaker (kleine) geldbedragen aan gezinnen uitgekeerd.[1]
Geen graan of koe maar gewoon geld geven lijkt het nieuwe credo in de ontwikkelingshulp te zijn. Direct geld overmaken, zonder voorwaarden. Omdat mensen zelf het beste weten waar ze behoefte aan hebben, maar ook omdat het goedkoper en minder ingewikkeld is dan het organiseren van hulpprogramma’s of het distribueren van voedsel. En door de technische ontwikkelingen is het heel eenvoudig. Geld overmaken op een mobiel telefoontje dat kan tot in de verste uithoeken van de wereld. Geen dure hulpverleners meer, de kans op fraude of verspilling van hulpgoederen door corrupte overheden verdwijnt, en het geld komt terecht in de lokale economie.[2]
Intrigerend en uitdagend. In Kenia wordt sinds 2016 het langste en grootste basisinkomen experiment ter wereld uitgevoerd. Het experiment bestudeert de effecten van een Universal Basic Income. Hierbij zijn 197 dorpen betrokken (plus 100 controledorpen). 20.000 mensen die in deze dorpen wonen ontvangen direct geld. Sommige van hen krijgen 12 jaar lang elke maand betalingen via hun telefoon.
Helpt basisinkomen om de armoede te verslaan? En is basisinkomen verstrekken aan de allerarmsten voldoende of moet er meer gebeuren? En hoe selecteer je ontvangers van een basisinkomen in Kenya?
Vragen waarmee wij op 2 september 2019 vertrokken wij naar Kenia om projecten van GiveDirectly te bezoeken. GiveDirectly is de organisatie die geld stuurt, direct naar de mensen zelf die in extreme armoede leven. Wij willen 2 projecten gaan bezoeken, een dorp waar volwassen inwoners eenmalig een bedrag van $550 krijgen en een dorp waar elke volwassenen 12 jaar lang een bedrag van $0,75 per dag krijgt wat neerkomt op $22 per maand. De mensen krijgen het geld via een door GiveDirectly verstrekte telefoon elke maand binnen. Dat gebeurt via het M-pesa systeem, een mobiele geldoverboeking.
Van Nairobi reizen we naar Malindi en van Malindi met een geleende auto met chauffeur naar het dorp Bamba in de county Kilifi. De zoon van Brigitta -Erik- die veldwerk doet in Kenia en Swahili spreekt gaat mee. Het is een slordige 100 km rijden waar we toch wel een dikke 2 uur over gedaan hebben. Vanaf de verharde weg Malindi -Mombassa nemen we een afslag naar rechts, over zandpaden, hobbelwegen waar het ziende weg steeds droger wordt. We zien vrouwen met gele jerrycans met water langs de weg. De koeien die we zien zijn bonkig en mager. De huisjes, die al heel eenvoudig waren, worden hutjes met daken van takken. Het landschap wordt steeds zanderiger.
Dankzij onze ervaren chauffeur komen we aan in het dorpje Bamba waar jonge mannen met brommers verzameld langs de weg staan, zoals eigenlijk overal in Kenya. Een brommer/motor wordt gezien als een mogelijke bron van inkomsten. Tegen een geldelijke vergoeding mag je achterop naar je bestemming.
In Bamba is een kantoortje van Give Directly, waar we ontvangen worden door de GiveDirectly staff Salome , de fieldmanager en Constance de fieldofficer. Zij zullen ons begeleiden naar het dorp en hebben al een aantal mensen benaderd die met ons in gesprek willen. Zij stappen bij ons in de auto en we vertrekken naar onze eerste afspraak. We gaan allereerst praten met de dorpsoudste, een vrouw, wat op zich opmerkelijk is begrijpen we uit de uitleg van Salome. Meestal is de dorpsoudste een man. Dit moet dus wel een stevige dame zijn. Erik spreekt haar aan in het Swahili en de verwondering en blijdschap daarover is voelbaar. Het opent de mensen, hun ogen lichten op.
Van alle kanten worden voor ons stoelen aangesleept, van plastic . Het voelt als een eer erop te mogen zitten want eigenlijk heeft niemand meubels in Bamba. Ook voelt het ongelijk, de witte bezoekers en de mensen van Give Directly mogen zitten. Vooraf wordt aan de mensen toestemming gevraagd om hun verhaal te mogen delen en foto’s te mogen maken. Deze toestemming is erg belangrijk, zorgvuldig , en noodzakelijk om met mensen uit Bamba in gesprek te kunnen gaan.
De dorpsoudste vertelt en Salome vertaalt, en soms vraagt Erik door in het Swahili. Ze vertelt dat in Bamba 71 huishoudens wonen. Alle volwassenen van boven de 18 jaar in dit dorp krijgen in drie betalingen een lumpsum van $550 in totaal. De meeste mensen hebben inmiddels alle betalingen gekregen. De dorpsoudste vertelt ons waar de mensen in grote lijnen geld aan uitgegeven hebben: ziektekosten, school voor de kinderen, het verbeteren van hun huis. En als we om ons heen kijken is dat ook zichtbaar. Er staan een aantal stenen huizen met een golfplaten dak. De muren zijn niet meer van klei waardoor het gevaar van instorten weg is, het biedt de mensen een gevoel van veiligheid. De dorpsoudste laat ons trots haar huis zien, met een stenen vloer, geen zand en met een klein kamertje wat ingericht is als winkeltje.
Ze verkoopt er wat rijst, zout, meel, en wat snoepgoed. Van het geld van GD heeft ze het arsenaal uit kunnen breiden. Erik kocht van haar wat koekjes, erg populair in Kenya, een overblijfsel van de koloniale Engelse tijd. De koekjes uit Bamba waren slof[3], wat waarschijnlijk aangeeft dat ze niet vaak gekocht worden in Bamba.
We spreken in Bamba ook met een jonge vrouw, ze heeft 11 kinderen, zij heeft van het GD geld 2 ossen gekocht. Ze kan nu 2 ½ acres met de ossen bewerken dat is twee keer zoveel als daarvoor. Maar ….het heeft niet geregend. En als het niet regent groeit er ook niets. Verder heeft ze geld uitgegeven aan de school voor haar kinderen.
Om ons heen staat een grote groep kinderen, van alle leeftijden. Ze kijken ons aan met grote ogen. Er staan inderdaad een paar kinderen tussen die een schooluniform aan hebben. Niet helemaal zonder kleerscheuren of gaten, niet helemaal schoon maar toch… De kinderen gaan naar school. Ook heeft ze geld uitgegeven aan het dak van haar huis. En nu is het geld op. Bij haar huis staan buiten twee eenvoudige sisal bedden. Zonder matras. Ze zien er niet comfortabel uit en Constance vertrouwt mij toe dat als ik er een nachtje op zou slapen ik heel stijf en stram wakker zou worden.
Er schuift plotseling een jonge man aan, die uit zichzelf aangeeft te willen vertellen over wat hij heeft gedaan met het geld van GD. Hij wijst naar zijn oude huis en vervolgens naar een ander nieuw huis. Een huis dat veilig is en bescherming biedt voor zijn gezin. Hij heeft een brommer gekocht om geld mee te verdienen. Als we weg gaan komen alle kinderen ons een hand geven. Dankbaar zijn de mensen, door het geld maar zeker ook door de aandacht van GD voelen zij zich “Born again”, ze spreken over een “new life’, I own something that helps you in future.
En dat is ook wat we zien, mensen die blij zijn dat zij uitgekozen zijn voor de pilot, dankbaar voor het gekregen geld, dat voor zover wij kunnen horen, zien en ook lezen uit de terugkoppeling van GD op hun site, heel goed en doordacht besteed wordt. Tegelijkertijd is ons heel duidelijk geworden dat het verstrekken van een lumpsum alleen voor de mensen in Bamba niet voldoende is om de armoede te kunnen verslaan. De droogte is een groot probleem, geen schaduw, geen bomen. De mensen moeten ver lopen voor hun dagelijkse water. Water is schaars, een van de twee kleine meertjes waar de dorpelingen hun water halen staat al droog. Salome geeft aan dat zij zich ernstig zorgen maakt over de watervoorraad. Waar moeten deze mensen water halen als ook het andere meertje leeg is?
We reizen over dezelfde hobbelweg terug, aangedaan, en moe. Armoede bekijken en voelen is verre van leuk. Is er nog ergens hoop voor deze mensen? Als de lumpsum op is, is er in Bamba nog steeds armoede, erge armoede. Het confronteert je met je comfortabele leventje, met douche en water uit de kraan thuis in Nederland. Oneerlijk, ongelijk, mensen hebben hier absoluut geen bestaanszekerheid. Met of zonder lumpsum.
Volgende week naar het project van 12 jaar basisinkomen in Magawa……….
Jan Atze Nicolai en Brigitta Scheepsma, september 2019
[1] Oxfamnovib: Dilemma’s en oplossingen –
[2] Carlijne Vos, De Volkskrant, ontwikkelingshulp in cash 100 weeks, 12 augustus 2019.
[3] Sloffe koekjes.
—-