Kunnen we een nieuwe sociale zekerheid doorrekenen en vormgeven? En op welk adres in Den Haag kunnen we ons voorstel dan aanbieden? Tom van Doormaal vraagt waar de macht tot verandering is gehuisvest.
Deze vraag stelt Tom in een artikel Sociale zekerheid en sociale kwestie op de website Met Vertrouwen Linksom.
Hierna volgt een door de redactie van de VBi-website ingekorte versie.
Gelijkheid in inkomens en vermogens was een halve eeuw geleden belangrijk, maar nu ontbreekt het gelijkheidsstreven van de sociaaldemocratie. Door globalisering en de machtsconcentratie bij Microsoft, Google, Apple, Amazon, e.d. lijken de grote oliemaatschappijen beginnelingen in het monopoliespel. Zijn we nog tegen economische concentraties?
Piketty c.s onderzochten de ongelijkheid, waardoor onze basiszekerheid afneemt. De vakbonden maken geen vuist meer, de economie fragmenteert in losse prestaties en diensten, de vaste baan en het vaste contract verdwijnen. Wilkinson en Pickett tonen aan dat de economische ongelijkheid negatief uitpakt voor iedereen.
Er gaat ook veel goed in de wereld, want de honger en de armoede zijn gedaald, het algemene welvaartspeil is gestegen. In hoeverre dat verbonden is met het uitwonen van de aarde en hoe dat te corrigeren, is nu onderwerp van verwoed debat.
Wat te doen?
Helpt het verminderen van CO-2 uitstoot tegen de opmerkelijke opwarming van de aarde? Kan het management van de verzorgingsstaat, denk aan Belastingdienst, UWV, SVB, etc., worden verbeterd door betere toerusting van ICT? Kan de krimp van de middenklasse en de groeiende ongelijkheid worden gekeerd met een onvoorwaardelijk basisinkomen voor iedereen?
Het zijn grote beleidsvragen. Na de instorting van het fascisme en het staatscommunisme, was “piece meal engineering” verstandig, de kleine verbeteringen, die door democratische politiek werden geleid. De democratie is een morsig proces, dus moeten we verbindende belangen zoeken. Werkgevers en werknemers hebben behoefte aan een goed werkende arbeidsmarkt, slechte uitvoering is schadelijk voor iedereen. Zo gek is Rutte niet, als hij pleit voor hogere lonen.
Behoefte aan ingrijpende verbeteringen
Politieke stromingen hebben weer behoefte aan wervende perspectieven, die niet uit de kleine verbeteringen kunnen worden afgeleid. Tijdens de Koude Oorlog had je de vijand als inspiratie. De politieke uitslagen van verkiezingen tonen nu onrust, maar echte verschuivingen zijn er weinig. De populistische leiders lijken een nieuwe koude oorlog wel zinvol te vinden.
De veranderingen in de globale economie en het beleid van na de crisis van 2008, versterken de economische ongelijkheid. Zo ontstaat een nieuwe ‘sociale kwestie’ en ambitie de sociale zekerheid opnieuw vorm te geven. Spanningsbron in de EU: kortingen op pensioenen in het noorden, verbeteringen pensioenen in het zuiden. Ook herleeft het pleidooi voor een onvoorwaardelijk basisinkomen en de sociale dimensie in de EU. Wat kost een modernisering van de sociale zekerheid en wat levert het op?
Iemand schreef dat meer varianten moeten worden doorgerekend, zodat bij aanbieding daarvan een beter gefundeerd besluit mogelijk was. Ik moest er even op kauwen. Denken wij dat wij een nieuwe sociale zekerheid kunnen doorrekenen, die ergens in Den Haag aanbieden, en dat dan iemand (de Koning wellicht) zegt dat variant C het mooiste is, omdat die veel voordelen biedt en nog het goedkoopst is ook?
Iedereen weet wel dat het zo niet werkt. Met enkele makkers bezocht ik een minister, om een half uur te praten. Hij had slechts een openingszin nodig: “ik zie niets in een basisinkomen”. Het congres van zijn partij was er wel voor: “maar de coalitie is tegen”. Dus met hem kwamen we niet verder.
Als je iets wilt veranderen moet je dan naar Den Haag en ergens aan een deurtje bellen? Het lijkt wat ingewikkelder.
Waar ligt de macht?
De macht ligt tussen politiek en bureaucratie in. Meer dan vroeger is de bureaucratie de drager van de staat geworden. Meer dan de politiek is zij een exponent van de staat. Formeel leeft zij nog onder de hiërarchie van de politiek, maar een groot deel van haar acties en operaties onttrekt zich daaraan.
Van zijn kant blijft de politiek hardnekkig vasthouden aan het beeld van de organische eenheid van de staatsoevereiniteit.
De “lege plek” van de macht
Dit is verontrustend: klopt ons beeld van een leidende politiek en een loyaal uitvoerende bureaucratie nog wel?
Het experiment met de bijverdiensten in de bijstand dringt zich op: moeizame onderhandelingen tussen nationale ambtenaren en lokale uitvoerders. De sturende invloed van de politiek bleef weinig opgemerkt.
Voorbeeld ook: het debat in het parlement, na de discussie over het voorstel van Norbert Klein over het basisinkomen. Of het oordeel over de motie waarin nader onderzoek hierover werd bepleit: niet nodig, want het CPB had de begaanbaarheid van die route al ontkend. (Onjuist!) Asscher had zich nog bekommerd getoond over de robotisering en verlies aan werkgelegenheid, maar voegde zich hier in zijn bureaucratisch systeem. De Kamer accepteerde zijn afwijzing van de motie.
Minister Koolmees verklaarde zich geen voorstander van het denken over een basisinkomen, met Prof. Bas Jacobs als wetenschappelijke getuige. Gegeven de dagelijkse zorgen, is er geen ruimte voor grote thema’s; het is niet onbegrijpelijk, wel zorgelijk..
De interactie tussen politiek en bureaucratie ging een kwart eeuw geleden gemakkelijker dan in de recente voorbeelden, die ik hiervoor noemde.
De politieke macht lijkt nu een lege plek, hetgeen van grote betekenis is voor onze democratische verhoudingen. Ons klimaatprobleem wordt niet geregeld met decreten, maar met “tafels”, waar ingewikkelde contracten worden uit onderhandeld. Onze sociale zekerheid wordt niet gekozen uit een paar varianten, maar moet stap voor stap tussen de sociale partners worden besproken en bevochten. De situatie doet denken aan de EU, die politiek ook weinig mag van de lidstaten, maar soms gedwongen wordt tot handelen.
Stel je een kruising van die EU-gebeurtenissenpolitiek en onze klimaattafels voor: zouden we een tafel kunnen vormen met modernisering van sociale zekerheid en arbeidsmarkt als inzet? Zou de analyse aan die tafel een beeld kunnen geven van wat effectieve beleidsinzet zou kunnen zijn? Zou daarin een basisinkomen, of een veelheid aan varianten daarop ter sprake kunnen komen?
Goede wetten berusten op praktisch getoetste kennis. Daarom bezochten we minister Koolmees: als je iets nieuws wilt, zul je iets moeten onderzoeken en uitproberen in een experiment. Volgens die logica vroegen wij om een “voorstudie t.b.v. een experiment.” Hoewel het voorstel niet kleiner en bedeesder kon en ook nog gezamenlijke financiering via de drie bestuurslagen werd bepleit, was het oordeel negatief.
Strategie kiezen
Hebben degenen die ambitie hebben veranderingen in de sociale zekerheid te bevorderen, voldoende greep op een heldere strategie? Het moet iedereen, die iets wil op het vlak van sociale zekerheid en arbeid, zeer te denken geven.
De weerstand zie ik in de uitvoerende bureaucratie. De lege plek van de macht (“de coalitie is tegen”) is niet bij machte dat systeem te veranderen.
Het betekent dat wij, als de sociale zekerheid aan vernieuwing toe is, moeten zorgen dat de politiek en de sociale partners daarover de strijd met elkaar aan gaan. De congressen (PvdA, GL, D66, PvdD) gaan verder dan hun parlementariërs. Waarom is die spanning te zien? Dat we de goede deurbel zoeken in Den Haag is te vergeven. Maar hoe de politiek uit zijn remmende rol te bevrijden? Daarover hebben we het nog weinig met elkaar gehad.
Tom van Doormaal, augustus 2019
Verkorte versie, zie Sociale zekerheid en sociale kwestie voor de complete tekst.
Afbeelding van kalhh via Pixabay