Wopke Hoekstra vroeg de captains of industry socialer en eerlijker te zijn voor de ruggengraat van de Nederlandse samenleving. Joop Böhm suggereert hem om daarmee te beginnen door meer belastingen te heffen op basis van draagkracht van de belastingbetaler. Inclusief een basisinkomen als negatieve inkomstenbelasting.
Plus een aanpassing van de vermogensbelasting.
Het AD van zaterdag 9 februari 2019 bracht een samenvatting van de Bilderberg-lezing waarbij onze minister van financiën, Wopke Hoekstra, ‘captains of industry’ opriep socialer en eerlijker te zijn voor de ruggengraat van de Nederlandse samenleving.
Mooi, zult u zeggen. Maar luidt het gezegde niet: “verbeter de wereld, begin bij uzelf”? Ligt het dan niet meer voor de hand dat Wopke Hoekstra onze regering, waar hij zelf deel van uitmaakt, oproept om een socialer en eerlijker beleid te voeren ten opzichte van ‘de ruggengraat van onze samenleving’?
In het AD van woensdag 6 februari jl. stond bijvoorbeeld dat in het afgelopen jaar 932 Amersfoorters en Leusdenaren problemen hadden met het betalen van de energierekening. Directeur Dick van Maanen van schuldhulpbureau Stadsring51 vraagt zich af: “Maar hoe gaat dat aantal zich ontwikkelen nu de energierekening fors gaat stijgen?” Dat een groeiend aantal huishoudens onder het bestaansminimum dreigt te komen, noemt de directeur onacceptabel.
Het probleem dat de overheid over zich heeft afgeroepen is dat steeds meer belastingen worden geheven zonder te kijken naar de draagkracht van de belastingbetaler. Arm en rijk betalen de gebruiksbelastingen naar dezelfde maatstaven.
De oplossing is simpel: pas de belasting op inkomsten aan en schrap de belasting op eerste levensbehoeften. Maar in plaats daarvan heeft het kabinet juist de lage BTW van 6% met de helft verhoogd tot 9%!
Maar het is nog niet te laat. De belastingherziening die ik suggereer gaat uit van
- Een inkomstenbelasting van 40%;
- Een topbelasting van 30% op inkomsten boven modaal (stel boven € 40.000);
- En voor personen die naar het oordeel van de politiek tot onze samenleving behoren:
Een onvoorwaardelijke negatieve belasting (UBI) op het niveau van de armoedegrens (stel € 18.000). (De Europese armoedegrens is door de Europese Raad namelijk vastgesteld op 60% van het mediane besteedbare inkomen, in Nederland rond € 30.000 netto).
Het onderstaande overzicht laat dan zien wat iemand netto in handen krijgt en hoeveel procent dat is van het bruto inkomen:
bruto inkomen |
inkomsten belasting |
top belasting |
UBI | netto inkomen |
netto in % van bruto |
0 | 0 | 0 | 18.000 | 18.000 | |
25.000 | 10.000 | 0 | 18.000 | 33.000 | 132 % |
50.000 | 20.000 | 3.000 | 18.000 | 45.000 | 90 % |
75.000 | 30.000 | 10.500 | 18.000 | 52.500 | 70 % |
100.000 | 40.000 | 18.000 | 18.000 | 60.000 | 60 % |
187.000*) | 74.800 | 44.100 | 18.000 | 86.100 | 46 % |
500.000 | 200.000 | 138.000 | 18.000 | 180.000 | 36 % |
1.000.000 | 400.000 | 288.000 | 18.000 | 330.000 | 33 % |
*) Balkenendenorm
Rekenen we de lage middeninkomens tussen € 25.000 en € 50.000, dan betalen die mensen tussen min 32 % en plus 10% belasting.
De hogere middeninkomens, tussen € 50.000 en € 75.000, betalen dan tussen 10 en 30% belasting.
Vergeleken met de huidige tarieven lijkt me dat een reële verbetering!
Voor een aanpassing van de vermogensbelasting verwijs ik naar het manifest voor een democratischer Europa, dat Thomas Piketty op 11 december 2018 naar buiten bracht Europa (Manifesto for the democratisation of Europe). Het was mede opgesteld door een vijftigtal economen, historici en (voormalige) politici.
In dat manifest wordt voorgesteld een belasting van 1% op vermogens boven € 1.000.000 en 2% op vermogens boven € 5.000.000.
Met deze opties zet men een flinke stap naar een rechtvaardiger fiscaal beleid!
Joop Böhm, Amersfoort, februari 2019